Controle over het drijfvermogen: Top 10 Tips

Top 10 Tips voor een betere controle over het drijfvermogen

Drijfvermogen is een fundamenteel concept bij het duiken, dat cruciaal is voor de veiligheid, efficiëntie en het algehele plezier van duikers tijdens het duiken. Het verwijst naar het vermogen van een voorwerp om in water te drijven, beïnvloed door de dichtheid van het voorwerp ten opzichte van het omringende water. Bij scubaduiken is het beheersen van het drijfvermogen essentieel, maar het kan vaak moeilijk zijn voor beginners.

Luister naar je duikinstructeur, het drijfvermogen wordt in alle fasen van een duikcursus onderwezen, maar hier zijn enkele nuttige tips.

Top 10 Tips voor een beter drijfvermogen

Wees geduldig. Als je je drijfvermogen aanpast door lucht aan je BCD toe te voegen of te laten ontsnappen, doe dat dan in kleine stapjes en geef het de tijd om in te werken.
Houd rekening met je wetsuit. Wetsuits verliezen drijfvermogen als ze nat worden of door de compressie van lucht die erin opgesloten zit als gevolg van druk. Op dezelfde manier kan een wetsuit tijdens het opstijgen uitzetten door de drukveranderingen en meer drijfvermogen krijgen. Je kunt het beste wachten tot je een tijdje in het water bent geweest voordat je het gewicht aanpast, vooral als je een nieuw natpak of een gehuurd pak gebruikt. Houd ook rekening met de dikte van het pak: hoe dikker het pak, hoe meer drijfvermogen het zal hebben.
Ontspannen ademhalen (niet in paniek raken) waarbij je langzaam je middenrif gebruikt, is een belangrijk onderdeel van een goede controle over het drijfvermogen, dat ook zorgt voor een volledige uitwisseling van zuurstof in je longen. Dit kan je ook helpen om je meer ontspannen te voelen tijdens het duiken.
Houdvoor elke duik bij welke gewichten je gebruikt , dat kan een richtlijn zijn als je op nieuwe duikstekken gaat duiken. Ga er echter niet van uit dat je altijd dezelfde gewichten nodig hebt, naarmate je meer vertrouwen krijgt, heb je misschien minder gewichten nodig. Aluminium of stalen tanks hebben ook invloed op hoeveel gewicht je nodig hebt, waarbij aluminium veel meer drijfvermogen heeft. Over het algemeen heb je 2 kg minder nodig als je met stalen tanks duikt.
De meeste beginnende duikers hebben overgewicht. Aan de oppervlakte moet een duiker op ooghoogte met het water drijven zonder lucht in zijn of haar BCD, maar met een volle teug lucht in de longen. Een andere controle is dat je langzaam afdaalt als je uitademt.
Zorg ervoor dat je horizontaal in het water blijft om ervoor te zorgen dat je trappen je naar voren duwen in plaats van omhoog. Het kan vaak nodig zijn om de plaats van je gewichten aan te passen, maar je zult dit door ervaring leren.
Houd je adem niet in onder water - dat is niet alleen gevaarlijk, maar zorgt ook voor extra drijfvermogen.
Spieren zijn dichter dan vet. Meer gespierde duikers hebben de neiging om minder drijfvermogen te hebben en minder gewicht nodig te hebben. Als je een paar extra kilo's meesleept van dat all-inclusive hoteleten, kun je meer drijfvermogen hebben en heb je meer gewichten nodig.
Voor duiken in zee heb je meer gewicht nodig dan voor zoetwaterduikers vanwege het zoutgehalte van het water. Zout water heeft de neiging dichter te zijn dan zoet water.
Volg een vervolgopleiding! Een van de Adventureduiken van de PADI Gevorderden Water Cursus is de Peak Performance Buoyancy Duik, die kan meetellen voor je PPB Specialty Cursus als je die verder wilt volgen. Op dezelfde manier kan het volgen van de PPB Specialty Cursus als Open Water Duiker vaak meetellen voor een van de PADI Advanced Open Water Adventure Duiken. Je leert je drijfvermogen te perfectioneren, je comfortabeler te voelen onder water en je luchtverbruik te verbeteren - wat meer tijd onder water betekent!